Doe de test

Deze test is gebaseerd op het gedachtegoed van Kerry Patterson e.a. (auteurs van het boek 'Crucial conversations'). 

Onder druk, dan wordt een gesprek pas echt spannend. Ontdek hier hoe Rechtdoorzee jij bent in lastige situaties.

Hoe? Neem een situatie op je werk in gedachten, vul alle stellingen in en bedenk daarbij hoe je meestal reageert. De score vertelt je waar jouw kracht zit en waar je nog aan kunt werken om nog sterker te worden in elk gesprek.

En, alvast een rechtdoorzee-mededeling vooraf... Wil je de  uitslag in pdf ontvangen? Dan hebben we je emailadres nodig. We beloven je niet  te spammen, maar sluiten niet uit dat we je een of twee keer per jaar een berichtje willen sturen als er nieuws is.

Vragenlijst lijst

1. Soms vermijd ik situaties die me in contact brengen met mensen waar ik problemen mee heb.
2. Ik kies ervoor om niet terug te bellen of terug te mailen, wanneer ik simpelweg niet met deze personen wil communiceren.
3. Wanneer mensen een gevoelige of vervelende zaak aansnijden probeer ik soms van onderwerp te veranderen.
4. Bij het bespreken van vervelende of stressvolle onderwerpen houd ik mij soms liever in dan dat ik mijn volledige en oprechte mening geef.
5. In plaats van mensen precies te vertellen wat ik denk, gebruik ik vaak scherpe humor, sarcastische opmerkingen of steken onder water om te laten weten dat de situatie mij niet zint.
6. Wanneer ik een moeilijk onderwerp bespreekbaar moet maken, gebruik ik soms zwakke of niet gemeende complimenten om de boodschap minder hard aan te laten komen.
7. Om mijn punt duidelijk te maken overdrijf ik mijn argumenten soms.
8. Wanneer ik controle over de discussie verlies, kap ik mensen soms af of verander ik het onderwerp om het gesprek weer in de goede richting te krijgen.
9. Wanneer anderen met domme argumenten komen, laat ik dat soms weten zonder me in te houden.
10. Wanneer reacties van anderen mij verbazen zeg ik soms dingen die anderen als bot of aanvallend beschouwen, zoals "dit kun je niet serieus menen", "denk eens na" of "dit is belachelijk".
11. In het heetst van de strijd merk ik dat ik soms stop met inhoudelijke argumenteren en persoonlijke dingen zeg die de ander kunnen kwetsen.
12. In een verhitte discussie sta ik bekend als hard richting de andere persoon. Men voelt zich soms een beetje beledigd of gekwetst.
13. Wanneer ik een belangrijk onderwerp bespreek met anderen, verandert mijn houding soms van het duidelijk maken van mijn standpunt naar het willen winnen van de strijd.
14. Midden in een moeilijk gesprek raak ik soms zo gevangen in de argumenten dat ik niet meer zie hoe ik overkom bij anderen.
15. Wanneer een discussie moeilijk wordt en ik iets zeg dat kwetsend is, verontschuldig ik mij doorgaans direct voor mij fouten.
16. Wanneer ik aan een gesprek denk dat slecht verliep, probeer ik eerder te focussen op wat ik fout deed dan op de fouten van anderen.
17. Wanneer ik iets te zeggen heb dat anderen liever niet willen horen, vermijd ik het om met de harde conclusies te beginnen. In plaats daarvan start ik met het benoemen van de feiten, zodat de anderen zien waarom de situatie lastig voor mij is.
18. Ik merk snel wanneer anderen zich inhouden of vinden dat ze zich moeten verdedigen in een discussie.
19. Soms besluit ik dat het beter is om geen harde feedback te geven, omdat ik weet dat er dan pas echt problemen ontstaan.
20. Wanneer gesprekken niet helpen, stap ik uit de inhoud, denk na over wat er nu werkelijk gebeurt en neem vervolgens verbeterstappen.
21. Wanneer andere in de verdediging schieten, omdat ze mij verkeerd begrijpen, probeer ik snel terug op het goede spoor te komen door zowel duidelijk te maken wat ik wel bedoel als wat ik niet bedoel.
22. Tegen sommige mensen ben ik grof, omdat ze dat eigenlijk verdienen.
23. Ik communiceer soms met duidelijke uitspraken zoals, "Het feit is dat...", of "Het is duidelijk dat...", om hiermee mijn boodschap krachtiger over te laten komen.
24. Als anderen moeite hebben om hun mening te geven stimuleer in hen zich uit te spreken, ongeacht wat het is.
25. Soms strijd ik hard voor mijn mening, waarmee ik hoop dat andere geen meningen naar voren brengen die de moeite van het discussiƫren niet waard zijn.
26. Zelfs wanneer de situatie gespannen raakt, pas ik me snel aan op basis van hoe anderen op mij reageren en gebruik ik een nieuwe aanpak.
27. Wanneer ik merk dat ik met de ander van mening verschil, probeer ik vaak de ander van mijn denkwijze te overtuigen in plaats van te zoeken naar het gemeenschappelijk belang.
28. Wanneer zaken niet goed verlopen zoek ik eerder naar de fouten van anderen dan dat ik kritisch kijk naar mijn eigen rol.
29. Wanneer ik duidelijk mijn standpunt heb verteld geef ik anderen de ruimte om hun mening te geven, vooral tegenstrijdige meningen.
30. Wanneer anderen terughoudend zijn om hun mening te geven, doe ik er alles aan om het voor hen veilig te maken om open en eerlijk te kunnen spreken.
31. Soms moet ik weer opnieuw de discussie aangaan over zaken waarvan ik dacht dat ze al geregeld waren, omdat ik niet precies bijhoud wat al is afgesproken.
32. Wanneer ik een besluit neem komt het wel eens voor dat mensen zich gekwetst voelen, omdat ze dachten meer invloed op de beslissing te hebben.
33. Ik vind het soms frustrerend om te zien hoelang het duurt voordat er een beslissing is genomen, omdat er te veel mensen bij betrokken zijn.